Tussen de uitgave van het vorige Ken Wijn-magazine en de aanloop tot de creatie van een nieuwe editie heeft elke verwittigde wijnproever tijd genoeg gehad om het één en ander mee te maken, zeker op vinologisch vlak…en zeker uw dienaar in zijn hoedanigheid van hoofdredacteur. Probleem echter is het feit dat ik niet overal met mijn notitieboekje ga rondneuzen en dat ik hoegenaamd niet de indruk wens te wekken dat alles wat wordt gezegd, plotseling stof zal worden voor het voorwoord van Ken Wijn-magazine.
Ik hoef de aandachtige lezer niet te overtuigen dat ik al te vaak mijn billen moet toeknijpen met wat ik meemaak in het amateuristische wijngebeuren in Vlaanderen. Hilarische momenten moet je koesteren en voor alle veiligheid best voor jezelf houden. Mocht ik al de dwaasheden van het degustatief wijnmilieu van de laatste zes maanden met naam en toenaam onverbloemd en met het nodige sarcasme publiceren in dit redactionele stukje, dan ben ik er zeker van dat ik het lustig onderwerp vorm van een lynchpartij waarvan Sadam Housein enkel kon van dromen. Trouwens, dit onwezenlijk genot gun ik de illustere dwazen van het wijnglas niet. Dus sublimeer ik vaak heel veel dingen en laat ik op wijnactiviteiten de wijn genoegzaam door mijn lichaam lopen en de lulligheden aan mij voorbij gaan.
Het leven kan toch zo aangenaam zijn. Waarom moeilijkheden zoeken, wanneer je beseft dat diegenen die het zou moeten lezen, het toch nooit zullen begrijpen. Met deze berusting loop ik al geruime tijd mezelf te amuseren tijdens degustaties, wijnpresentaties en commerciële vinologische happenings. En soms drink ik dan ook nog fantastische wijnen op dit parkoer van het wijnamusement. Wat kan een mens nog meer verwachten van zijn uit-de-hand-gelopen-hobby? Ik had dit geluksmatig gevoel nog recentelijk op de laatste nationale degustatie van de Vlaamse Wijngilde in het kader van de grote Tokaij-degustatie, tot wanneer ik plots geconfronteerd werd met het enthousiasme van Peter Doomen, die mij onverwacht mijn neus op de keiharde realiteit drukte en mij wees op de nieuwe uitgavedatum van Ken Wijn-magazine. Hoe zit het met uw voorwoord? Morgen is het redactievergadering? De deadline voor de artikels niet vergeten? Het bonkte in mijn buik. Ik kan je verzekeren dat het niets met de tokaijwijnen te maken had. Ik was inderdaad alles vergeten en de reden die ik opgaf, namelijk mijn drukke professionele bezigheden, was nog niet eens gelogen. Onder weg liet ik van zenuwachtigheid vele loze boeren en verwenste ik elke Hongaar die in mijn gedachten opkwam. Nu weet ik wat een mens nog meer kan verwachten van zijn uit-de-hand-gelopen-hobby: schrijven meneer, uw verantwoordelijkheid nemen meneer, uw verplichtingen nakomen meneer!
Waarom heb ik deze verdomde hobby gekozen? Het leven kan toch zo klote zijn. Enkele dagen later zat ik (vreselijk tegen de zin van en na talrijke uitzichtloze discussies met mijn echtgenote, die duidelijk andere plannen had gemaakt tijdens de mooie zonnige dagen) met een glas water dwangmatig voor mijn pc. Op het moment dat het moest gebeuren werd ik gegrepen door een totale cerebrale uitdroging en kwam geen zinnig woord op mijn scherm. Had ik maar met mijn notitieboekje rondgelopen en had ik maar alle idiotiën neergeschreven, dan kon ik alle frustraties van mij af schrijven. Het angstzweet brak mij uit. Alles wat dwangmatig is, werkt op mijn metabolisme contraproductief. Hoe meer vrijheid, hoe creatiever ik word. Totale afhankelijkheid is een aanslag op mijn persoonlijkheid en zuigt elke vorm van energie uit mijn lichaam. Het is een fenomeen dat bij elke vrijgevochten man opduikt. Eigenaardig genoeg vertonen bijna twee op drie Belgen minstens één dwangmatige handeling per dag, zonder zich daarover druk te maken.
Ik herinnerde mij een opvallend artikel van trendwatcher, Herman Konings, die stelt dat we ons massaal hoogfrequent, gedwee en volstrekt irrationeel overleveren aan neigingen die wezenlijk niets bijbrengen aan ons mentale of fysiek welzijn. Ongeveer één op vier verslavingen is een compulsieve handeling, die onrechtstreeks wijst op een diepgewortelde, nog niet ontmantelde angst en die de mens –zeg maar de slaaf van eigen onnodige herhaald gedrag- verlammen. De rest van de verslavingen zijn huis-, tuin- en keukenexemplaren, die we doorgaans met de term ‘verslaving’ aanduiden en die ontstaan zijn in het land van pret en verzet of die herhaaldelijk onder sociale druk zijn opgepikt: roken, wijndrinken, eten, televisiekijken, seks, onlinegaming, funshopping, voorwoorden schrijven…the usual addictive suspects! De cijfers zijn behoorlijk indrukwekkend: 5% van de twaalfjarigen in België drinkt minstens twee glazen alcohol per week, om maar één voorbeeld te noemen. Met spijt moet ik melden dat het hier niet alleen om wijn gaat. Gelukkig is een verslaving niet noodzakelijk een levenslange verbintenis.
Eén op vijf Vlamingen ouder dan 15 jaar rookt en dat is een daling met maar liefst 63% in vergelijking met het einde van de jaren tachtig. Dit stemt mij hoopvol, maar het feit dat één op de zes miljoen Vlamingen getroffen is door een verslaving om voorwoorden te moeten schrijven, biedt weinig perspectieven voor de toekomst. De dwingende aspiratiecultuur heeft mij frontaal getroffen. Ik ben geworden tot een louter product van de opgelegde consumptiecultuur. Mijn zelfwaarde lijkt steeds meer te moeten worden afgemeten aan onze materiële wapenfeiten en het maatschappelijk aanzien: uw ‘woord van de redactie’ zal en moet de aanzet zijn van elke editie van het Ken Wijn-magazine en daarop zal uw hoofdredacteurschap worden afgerekend. Meer nog, meneer de hoofdredacteur, uw magazine staat op het niveau van vele professionele wijnmagazines en hou het zo! Ik moet toegeven. Als onverzettelijk vrij man, geworteld met een liberale attitude tot diepst van mijn vezels, behoor ik tot de twee van de drie Belgen die getroffen is door minsten één dwangmatige handeling. Mijn psychodiagnostiek wijst op een verslaving aan de Vlaamse Wijngilde.
Ik ben zelfs opnieuw toegetreden tot het bestuur van mijn eigen commanderij. Mijn ‘complied culture of aspiration’ situeert zich in het presenteren van een nieuw Vlaams wijntijdschrift tweemaal per jaar. Er is geen weg terug, het is sterker dan mezelf. En tot mijn grote verwondering heeft mijn ongecontroleerde afhankelijkheid geresulteerd in deze nieuwe editie van Ken Wijn-magazine. Ik zal voortaan wel degelijk rondneuzen met mijn notitieboekje en elke anekdote tot de mijne maken. Weg met mijn contemplatieve houding, waarop mijn psycho-schoonbroer zo onwaarschijnlijk geilt. Wees op uw hoede, de schade kan aanzienlijk zijn, al is het enkel te doen om de mentale gezondheid van de hoofdredacteur. Dus: veel verslavend leesgenot bij nummer 7.